Foto: Aaron Burden
God zegt: “Als de mens gelukkig is met zichzelf, dan heeft hij niets meer nodig. Als de mens helemaal in zijn ‘zijn’ is aangekomen heeft hij niemand nodig om hem te voeden of zekerheid te verschaffen. Het gaat erom dat ieder terug in zijn eigen kern, terug in zijn eigen liefde, zijn eigenliefde komt.
Elk mens draagt de Goddelijke Waarheid in zich, hij heeft van niemand anders iets nodig. Zolang men nog bij anderen iets zoekt, ontstaat er een veld van gebrek. En dat betekent ziekte. Een energieveld van gebrek is ziekte. Genees het door eerst het bestaan van het veld te erkennen en begrijp dat het door verkeerd denken is ontstaan. Dit inzicht geeft een energieboost die meteen al de werking van de cellen verlicht.
Twee niveau’s zijn hier van belang: het mentale niveau begint dan langzaam te begrijpen. Op lichamelijk vlak worden die impulsen van inzicht van cel tot cel doorgegeven.
De ziel heeft geen impuls nodig, die weet. Zij is de drager van alle “zijn’. Ze heeft die impuls niet nodig omdat ze de impuls is. Zij is helderheid en zij is diepte. Maar het lichaam en het verstand, beiden hebben impulsen nodig.
Wat de cellen betreft: erken het Goddelijke in de cellen. In de kern van elke cel ligt de Goddelijke Diepte. In de celkern is er Licht. Rondom de kern ligt er meestal een heel zware en donkere, besmette ring die door een laag bewustzijn, verkeerd denken en door het niet accepteren van de eigen gevoelens is ontstaan. Deze energie dringt namelijk tot in de cellen door. De wijsheid van de celkern kan niet tot in de cel doordringen zolang die donkere laag om de kern ligt.”
Daarom is het van belang dat we in deze van fase van het ascentieproces met onze cellen aan de slag gaan om die duistere energie op te ruimen.
God zegt: “Ik ben in alles aanwezig. Ik ben helemaal in het kleinste deeltje. Geef je me meer ruimte, dan schep ik een andere realiteit, dan schep ik andere beelden. De mens komt dan in een ander denken en begint zich anders te gedragen.
Creeër je meer ruimte om de celkern, dan kan het Goddelijke uit de kern treden en zich in de cel uitbreiden en zijn eigen weg bouwen. Maar wat betekent dat voor de mens? In eerste instantie dat hij sterker met zijn manier van leven wordt geconfronteerd. Hij zal inzien dat daar iets niet klopt, dat er iets foutief is geprogrammeerd en dat het leven andere waarden nodig heeft en daarnaar op zoek gaan.”
Door het werken met onze eigen cellen komen we in een een nieuwe kracht, een kracht om in een nieuw denken en in beweging te komen. Vanzelf volgt er een sterkere confrontatie met de verdrongen gevoelens. Maar uiteindelijk gaat het om Liefde.
Jezus: “Het betekent veel dat de mensen begrijpen dat het fysieke lichaam heel sterk is en veranderd kan worden. Het lichaam kan genezen. Maar waarlijke genezingen kunnen enkel plaatsvinden als de mens instaat is zich intensief met zijn cellen bezig te houden. Een zieke cel moet door het bewustzijn worden aangeraakt. Het werk met de cellen laat toe dat de zieke cel zich weer opricht. Het is belangrijk dat de mensen leren om voortdurend met hun lichaam in communicatie te zijn. Elk mens dat met dit werk begint zal eerst een reinigingsproces doorlopen.
Ik ben voor elk mens aanwezig en bereid ieder te ondersteunen. Het is mijn opgave de harten van de mensen te zuiveren en te verzachten. Ik ben een heel sterke ‘voeler’ en ik leer de mensen wat het betekent om goed met hun gevoelens in verbinding te staan.
Ik ben in elke ziel aanwezig. De mensen incarneren al met mij en dat doen ze omdat ik het Licht ben dat hun weer op de weg terugvoert. Hoe donkerder de harten en de zielen hoe minder mijn Licht wordt waargenomen. Het betekent veel voor mij om als Licht weer te voorschijn te kunnen komen. Eerst moet het Licht in de cellen en in het hart worden gevoeld zodat de mensen bewust worden, dat ik daar achter sta, dat het mijn Licht is dat ik onder de mensheid uitbreid. En dat is een grote eer voor mij.”
Elke cel bezit een heel eigen structuur. Na het werk met de zielcel gaan we aan de slag met de cellen van het hart. Het is hier dat de ziel het sterkste opereert omdat er de meeste ondersteuning nodig is. Door het werk met de hartcellen versterkt het menselijk bewustzijn.
Bij de hartcellen beginnen we steeds met goed waar te nemen in welke staat de cel zich bevindt. Is er licht of bevindt er zich een zekere zwaarte in? Het gaat om waar te nemen wat de cel nodig heeft, soms is dat veel energie of juist meer bescherming en zekerheid. Het kan ook zijn dat de celkern gestabiliseerd moet worden. Door het regelmatig werken met de cellen wordt er hiervoor een zekere gevoeligheid ontwikkeld. In de hartcellen zijn er vaak nog verwondingen die door het celwerk genezing kunnen vinden. Hoe meer de harten van mensen geopend zijn, hoe dieper ze in hun gevoelens en onverwerkte thema’s kunnen komen.
Uiteindelijk gaat het werken met de hartcellen om hartopening. Hoe meer de hartcellen ontspannen, hoe makkelijker vinden de mensen hun eigen waarheden. Het hart is een orgaan dat meestal veel pijn heeft opgenomen. Het voelt namelijk de emotionele processen, die elders plaatsvinden. Daarom komen we ook via het hart tot genezing van de emotionele pijn.”
Foto: Hal Gatewood
Wij werken met de hartcel steeds van buiten naar binnen en dus in eerste instantie versterken we de celwand waardoor er in de cel al veranderingen optreden.
Jezus: “Natuurlijk moet eerst het thema van de ziekte worden begrepen en worden afgewerkt. Daarna komt het lichaam aan de beurt en is het thema niet erkend, dan kan ook het lichaam niet genezen.”
Het kan voorkomen dat hartcellen er een beetje uigedroogd uitzien. Dan is het duidelijk dat hier veel energie nodig is waardoor de betreffende persoon makkelijker met zijn of haar gevoelens contact kan nemen.
Interessant ook het geval van een cliënt die een pacemaker zou krijgen geplaatst. Jezus: “Hartcellen kunnen maar een zekere hoeveelheid energie opnemen. Meer is gewoon niet mogelijk. Nadien neemt die energie weer langzaam af.
Wordt er hier een pacemaker geaccepteerd, dan betekent dat zeker dat er stress van het hart wordt weggenomen waardoor er meer zekerheid ontstaat. Aan de andere kant wordt er een heel sterk proces, waarbij deze mens steeds opnieuw met angsten en onzekerheden wordt geconfronteerd, afgebroken. De pacemaker zal deze angsten en onzekerheden verbergen, er als het ware een laag overheen leggen. Daarom is het aan te raden eerst de angsten te doorvoelen en af te werken om eerst dan een pacemaker te laten plaatsen.
Hoe dan ook, de Geestelijke Wereld drukt ons steeds weer met onze neus op het feit dat echte genezing eerst mogelijk is als we onze thema’s, de verdrongen emoties afwerken. Tijdens de seminars die ik aanbied, werken we én met onze thema’s én met de cellen.
Leren werken met uw eigen hart- en andere cellen?
https://eliascoachinghealing.blog/